Ik vraag me vaak af hoe dat gaat. Misschien wel net als hier bij ons in ronkend toeristisch proza: “En als je toch een bezoek aan de binnenstad van Nanking brengt, vergeet dan niet een bezoek te brengen aan het monument op de plek waar 300.000 chinezen door de Japanse bezetters werden vermoord.” De vergelijking is een beetje krom, maar mijn nieuwsgierigheid is gewekt: wat maakt in de ogen van de busladingen Aziaten het Hofbräuhaus zo interessant? Ook in relatie tot wat zich hiervan ten gevolge aan het andere einde van de Dachauer Straße afspeelde.
Vooruit, het bier smaakt niet onverdienstelijk en het menu is even voorspel- als moeilijk verteerbaar. Maar het bijzondere van het Hofbräuhaus zit hem nu juist in die subtiele verwijzing naar de meer recente geschiedenis van dit etablissement. Op de site geen woord daarover. De tijdbalk noemt in 1935 slechts het lied ‘In München steht ein Hofbräuhaus – oans, zwoa, g’suffa!’ En op 25 april 1944 ‘treffen die ersten Fliegerbomben das Hofbräuhaus, bei drei weiteren Luftangriffen wird das Haus fast völlig zerstört. Als am 8. Mai 1945 die Waffen in Deutschland endgültig schweigen, ist im Hofbräuhaus nur noch ein kleiner Teil der Schwemme funktionsfähig, alle anderen Räume sind zerbombt.’ Ik lees overigens elders dat Marcel Duchamp tot de meer prominente bezoekers wordt gerekend. Dat begrijp ik dan weer wel. Morgenvroeg naar Dachau met de S-Bahn! Daarover later meer.